Krokodillentranen in de Hofvijver

Een ding is zeker, als er iemand rond het Binnenhof is die de afgelopen dagen stevig de ziekte in had, dan was het Kajsa Ollongren wel. Eerst de mededeling dat corona bij haar aanklopte en toen zij zich als een haas naar Amsterdam liet transporteren om daar uit te zieken, was daar dat onhandige geschutter met het boodschappenbriefje van het verkennersduo.

De ANP-fotograaf begreep dat het zijn taak was het nieuws te dienen en niet om een klunzende politica uit de wind te houden. Dus publiceerde hij de foto waarop zonder al te veel moeite te lezen viel hoe ons Annemarie en Kajsa dachten de tweede ronde van de verkenningen in te gaan. Echt verrassend was het niet. Iedereen die wel eens een excursie naar de Tweede Kamer heeft meegemaakt, had dit lijstje op kunnen stellen.

Afgezien van een dwaallicht als Thierry Baudet kan elke politicus binnen en buiten de regering, binnen en buiten de oppositie, uittekenen wat er aan bod komt in de tweede ronde.

De eerste ronde was goed voor het inleveren van de boodschappenbriefjes, gevuld met vrome voornemens uit de partijprogramma’s. In de tweede ronde zou het erom gaan uit te zoeken wie een serieuze kandidaat zou zijn voor de echte formatiegesprekken. Daarvoor is het handig uit te vogelen waarvoor een partij écht staat. Vroeger was dat simpel, de partijnaam verraadde al veel over de identiteit. De Partij van de Arbeid stond voor de arbeiders. In hoeverre dat nog klopt is de vraag want binnen de partijkaders denken ze dat de arbeider, net zo als de Dodo, al jaren is uitgestorven. De Partij voor de Dieren staat natuurlijk voor alles wat aaibaar is, 50+ in de oude berijming komt op voor de ouderen, Lillian Marijnissen en haar SP strijden voor het oude socialisme, op marxistisch-leninistische leest geschoeid. Wat je ziet, is wat krijgt. Dat is mooi overzichtelijk. Problematisch is het rond het midden in het politieke spectrum. De partijen die daar verkeren, afficheren zich graag als Bestuurderspartij. Aanvankelijk was dat nog wat vaagjes, maar de laatste vijftien jaar is dat anders geworden. Toch is het simpel: een bestuurderspartij komt op voor de belangen van, inderdaad…de bestuurders. Bij hen draait het om de vragen hoe krijgen wij de macht en hoe houden wij de macht?

Vanuit dat licht bezien is het lijstje van Annemarie en Kajsa ontwapenend simpel.

Hoe trouw zijn PvdA en Groen Links en SP aan elkaar? Blijft dat triootje elkaar trouw dan wordt dat dus niks.

Hoe staat Wopke Hoekstra in de onderhandelingen? Wil het CDA, als onvervalste bestuurderspartij, in het kabinet? De vraag stellen, is de vraag beantwoorden.

Interessanter is de controlevraag: Is het CDA bereid Pieter Omzigt op te offeren of weg te promoveren? Het is vooral op deze vraag waarop verontwaardigd is gereageerd. “Ons Pieter is een gewaardeerd kamerlid met een kapitaal aan voorkeursstemmen. Die zullen we toch nooit opgeven,” klinkt het vooral vanuit het Christen Democratisch Appel, dat steeds verder af komt te staan van de eerste letters in de partijnaam. Na hem bij eerdere verkiezingen op een onverkiesbare plaats te zetten, heeft de partijtop Omtzigt recent tot twee keer gruwelijk geschoffeerd in de race om het partijleiderschap. Dat doe je niet met iemand waaraan je echt gehecht bent.

De Twentse terriër heeft de laatste jaren laten zien zijn opdracht als volksvertegenwoordiger serieus te nemen en in zijn controle van de macht tot het gaatje te willen gaan. Dat hij daarmee het kabinet opblies, waarin zijn eigen partij meedeed, is hem niet in dank afgenomen. Maar ook Mark Rutte krijgt nachtmerries als hij denkt aan een coalitie met het CDA, waar Omtzigt een vrije jachtvergunning heeft.

Voor de komende regeringsperiode staan nu al twee parlementaire enquêtes op de rol, die naar de toeslagenaffaire en de gaswinning in Groningen. En zit alles helemaal tegen dan komt er nog enquête naar het Nederlandse bombardement op Hawija. In al deze onderzoeken is een treurigstemmende hoofdrol weggelegd voor VVD-politici, al dan niet in een stemmig duetje met een CDA’er. Dan zit je als premier niet te wachten op een Pieter Omtzigt in je vriendenkring.

In dat licht bezien is het niet meer dan logisch dat Rutte de verkenners heeft ingefluisterd: “Informeer eens bij Wopke hoe hij denkt over de mogelijkheid Pieter Omtzigt speciaal gezant te maken in Buiten Mongolië.” Ongetwijfeld heeft hij eraan toegevoegd: “Sigrid Kaag lijkt dit ook wel een geschikte optie.”

Zo doe je dat als bestuurderspartijen. Dat weet de oude coalitie, dat weten de oppositiepartijen en zelfs de nieuwkomers in de Kamer zijn er niet echt verrast door.

Degenen die zich nu opzwepen in heilige verontwaardiging, die plengen vooral heel veel krokodillentranen.