Categoriearchief: Uncategorized

Premier voor alle Nederlanders

Geert Wilders heeft het licht gezien. In de opmaat naar de verkiezingen was deze blijde mare zo ongeveer het enige nieuwtje in een verder oersaaie campagne, die vooral over de inhoud zou moeten gaan. Afgaande op de woorden van het enige PVV-lid had hij het partijprogramma ‘in de ijskast gezet’ om daarmee mogelijk uitgenodigd te worden in een kabinet deel te nemen. Moskeeën sluiten? Van hem hoeft het niet. Koran verbieden? Waarom? Uit de Europese Unie stappen? Om hem hoeft het niet en zo kon hij de hele riedel van zijn partijprogramma wel doorgaan.

Nee, wat Wilders nu wil is ‘Premier van alle Nederlanders’ worden. Vanuit de echoputten van de talkshows klonk applaus op deze nieuwste truc van de politiek illusionist. Toen de verkiezingsuitslag bekend was, waren de politieke koffiedikkijkers het wel eens: Geert was dé nieuwe kandidaat voor het torentje.

Op dat moment besef je dat het niet voor niets is hoe talkshows aan hun naam komen: er wordt wel gepraat, maar luisteren om nog maar te zwijgen van begrijpend luisteren: ho maar.

Om met Wilders ‘alle Nederlanders’ te beginnen, dat zijn wel de Nederlanders die voldoen aan het door Geert bedachte profiel: Nederlanders met een migratieachtergrond, die zijn niet echt, Nederlanders met een dubbele nationaliteit, die tellen niet mee. Over de pechvogels die dachten dat, na voor oorlog of honger gevlucht te zijn, Nederland een veilige plek zou zijn: mis poes. Een kabinet onder Wilders zal ze persoonlijk naar de uitgang begeleiden.

En dan, die kroonjuwelen van zijn eenmanspartij die hij nu in de ijskast heeft gezet? Timmermans en Klaver zeiden het al: Je zet alleen iets in de ijskast als je het later weer wilt gebruiken. Mocht Wilders, wat God verhoede, inderdaad met de koning poseren voor een bordesfoto, dan zal hij nog op weg naar het paleis de inhoud van de ijskast revitaliseren.

Wilders kan ook niet anders, want op het moment dat hij definitief afscheid neemt van zijn xenofobe en racistische partijprogram, dan heeft zijn partij geen reden van bestaan meer. Het enige wat hij dan kan doen is zijn vriend Poetin bellen om te vragen of die voor hem nog een huisje op de taiga heeft, waar hij zijn laatste dagen kan slijten.

Flash back

Het was begin jaren 70. Ik was leerling-journalist in Almelo. Ik werd ook geacht de verslaggeving uit de gemeente Tubbergen te verzorgen. We hadden op 21 december 1971 net de opstand tegen de ruilverkaveling achter de rug, die als de ‘slag om Tubbergen’ de geschiedenis in zou gaan. Die herverkaveling was vooral gunstig voor provincie en gemeente. De boeren werden er geen cent beter van. Het enige wat ze er tegenin konden brengen was het blokkeren van de stemming. Het stemlokaal was ingericht in een landbouwschool. ME-pelotons van de Rijkspolitie moesten voorkomen dat boze boeren te dichtbij kwamen. Dat leek allemaal te lukken tot de boeren hun geheime wapen inzetten. Van over de es kwamen ze aanstormen in hun tractoren met daarachter tot de rand toe gevulde giertanks. Toen zij die opendraaiden richting politie was het pleit snel beslist. In plaats van hun stinkende best te doen kozen de ME’ers het hazenpad. Daarmee leek de rust te zijn teruggekeerd. De werkelijkheid was anders, het wantrouwen tegen de overheid smeulde als een veenbrand verder onder de oppervlak. Daar zou wel eens de diepere oorzaak kunnen liggen voor de 58,8 % van de stemmen in 2023 voor BBB.

Een of twee maand later laaide het vuur weer op. De gemeente kwam met een nieuw bestemmingsplan voor het buitengebied en organiseerde her en der voorlichtingsbijeenkomsten. In eerste instantie leek er weinig mee aan de hand. Het bestemmingsplan was zelfs gunstig voor de boeren. Rondom hun boerderij kregen zij de vrijheid om te bouwen of af te breken wat hun nuttig leek, zolang het maar ten nutte was voor hun bedrijfsvoering.

De boeren zagen dat anders. De wappies en complotdenkers waren nog niet uitgevonden, maar zij hadden haarscherp in de gaten dat dit een slinkse truc van de overheid was om die vermaledijde ruilverkaveling toch binnen te loodsen. De eerste bijeenkomst was in Vasse, een dorp dicht tegen de Duitse grens, in de horecagelegenheid Tante Sien. “Ik zou de camera maar meenemen,” zei mijn chef. “Je weet nooit wat er gaat gebeuren.” En zo trok ik naar Vasse met mijn vertrouwde opschrijfblokje, mijn camera en de flitser, die ik van de fotodienst had gekregen.

Het ging gelijk mis. De voorzitter was nog midden in zijn welkomstwoord of een stel potige jonge boeren bestormden het podium en begonnen daar de kaarten van de muur te scheuren. Binnen de kortste keren was de zaal, normaal voor bruiloften en partijen, veranderd in een slagveld. Er viel dus genoeg te fotograferen… Tot het moment dat een paar boerenjongens mij in de gaten kregen. Met drie man kwamen ze op mij af. Dit loopt niet goed af, schoot door mijn hoofd. Een vluchtweg ontbrak en de vijand kwam steeds dichterbij. Wat te doen? Ik zou er één een soejang met mijn camera kunnen geven, maar daarna zou ik het onderspit delven. Dat was het dus niet. Toen voelde ik het gewicht van de accu van de flitser aan mijn schouder. Het eurekamoment. De flitser in aanslag wachtte ik totdat de voorste van mijn belagers dichtbij was. Op het moment dat we bijna neus aan neus stonden richtte ik de flitser op zijn ogen en drukte af. Flash. Verblind draaide hij zich om en strompelde weg, met zijn maten in zijn kielzog. Opgelucht werkte ik mij naar de uitgang.