Geert Wilders heeft het licht gezien. In de opmaat naar de verkiezingen was deze blijde mare zo ongeveer het enige nieuwtje in een verder oersaaie campagne, die vooral over de inhoud zou moeten gaan. Afgaande op de woorden van het enige PVV-lid had hij het partijprogramma ‘in de ijskast gezet’ om daarmee mogelijk uitgenodigd te worden in een kabinet deel te nemen. Moskeeën sluiten? Van hem hoeft het niet. Koran verbieden? Waarom? Uit de Europese Unie stappen? Om hem hoeft het niet en zo kon hij de hele riedel van zijn partijprogramma wel doorgaan.
Nee, wat Wilders nu wil is ‘Premier van alle Nederlanders’ worden. Vanuit de echoputten van de talkshows klonk applaus op deze nieuwste truc van de politiek illusionist. Toen de verkiezingsuitslag bekend was, waren de politieke koffiedikkijkers het wel eens: Geert was dé nieuwe kandidaat voor het torentje.
Op dat moment besef je dat het niet voor niets is hoe talkshows aan hun naam komen: er wordt wel gepraat, maar luisteren om nog maar te zwijgen van begrijpend luisteren: ho maar.
Om met Wilders ‘alle Nederlanders’ te beginnen, dat zijn wel de Nederlanders die voldoen aan het door Geert bedachte profiel: Nederlanders met een migratieachtergrond, die zijn niet echt, Nederlanders met een dubbele nationaliteit, die tellen niet mee. Over de pechvogels die dachten dat, na voor oorlog of honger gevlucht te zijn, Nederland een veilige plek zou zijn: mis poes. Een kabinet onder Wilders zal ze persoonlijk naar de uitgang begeleiden.
En dan, die kroonjuwelen van zijn eenmanspartij die hij nu in de ijskast heeft gezet? Timmermans en Klaver zeiden het al: Je zet alleen iets in de ijskast als je het later weer wilt gebruiken. Mocht Wilders, wat God verhoede, inderdaad met de koning poseren voor een bordesfoto, dan zal hij nog op weg naar het paleis de inhoud van de ijskast revitaliseren.
Wilders kan ook niet anders, want op het moment dat hij definitief afscheid neemt van zijn xenofobe en racistische partijprogram, dan heeft zijn partij geen reden van bestaan meer. Het enige wat hij dan kan doen is zijn vriend Poetin bellen om te vragen of die voor hem nog een huisje op de taiga heeft, waar hij zijn laatste dagen kan slijten.